|
|
<<< vorige
volgende >>>
Inhoud
13 december 2009,
Alweer editie 110... op naar editie 125!!!!
Een krant voor en door spelers!
- Bladzijde 1
Op de voorpagina vind je Het Onderschrift en de verjaardagskalender
- Bladzijde 2
Op de tweede pagina vind je alles over de (Gilde) Competitie, en de Troubadour
- Bladzijde 3
Op de derde pagina vind je alles over het Raadsel van de Week
- Bladzijde 4
Op de vierde pagina vind je Legendes en Sagen en de Kookhoek
- Bladzijde 5
Op de vijfde pagina vind je de producten rubriek van Niecke.
- Bladzijde 6
Op de zesde pagina vind je: Ome kilo's Beursbabbels
- Bladzijde 7
Op de zevende pagina vind je: De redactie
| |
De schatkamer van de Nienoord
In de borg Níenoord woonde eens een jonker, die op een dag eerst de hele familiegalerij aan stukken sloeg en daarna ook nog de oude borg in brand stak. In zijn eentje ging hij toen aan het graven en breken in de puinhopen. `Dat doet-ie om te kijken hoe jonker sien veurolders bouwd hadd'n,' zeiden de mensen. Het kasteel werd weer opgebouwd en is nu een museum van oude koetsen.
Maar dicht hierbij staat nog de schelpengrot, de oude schatkamer van de borg. Daar stonden kisten vol goud en zilver, vol sieraden en juwelen.
Op het kasteel werkte eens een meisje uit het dorp. Ze zou zo graag eens stiekem in de schatkamer gaan kijken. Toen op zekere dag de kasteelheer en zijn vrouw op reis waren, riep het kindermeisje de jonge freule, op wie zij moest passen, bij zich. Ze wist haar te overreden de sleutel uit de kamer van haar vader te halen en mee naar de schatkamer te gaan, waar het dienstmeisje niet uitgekeken raakte. Ze danste in het rond tussen al die schatten en juwelen en ze droeg het ene sieraad na het andere. Maar de jonge freule had er al gauw genoeg van. Ze liep weg, maar deed voor alle zekerheid de deur van de schatkamer op slot. Toen ze weer aan het spelen was, vergat ze het kindermeisje helemaal.
Bij thuiskomst van haar ouders moest ze natuurlijk het geheim wel verklappen. Kwaad liep de kasteelheer naar de schatkamer, waar hij het kindermeisje huilend aantrof. Uit straf voor haar pronkzucht moest ze in de schatkamer gevangenzitten totdat de muren bedekt waren met schelpen. Er kwamen kisten met schelpen op de plaats van de kisten met juwelen en door een luik kreeg het meisje eten en kaarsen. Tientallen jaren werkte het meisje hier aan de schelpenmuren, en eindelijk had zij het werk klaar. Toen mocht ze eruit. Zij liep blij weer in de buitenlucht, vrij! Meteen ging zij naar het meer in het dorp, maar in het heldere water schrok zij hevig van haar gezicht, dat na al die jaren mager en oud geworden was. Het meisje zakte in elkaar en is nooit meer opgestaan.
Nog altijd bestaat die schatkamer bij de Nienoord, waar alle muren vol schelpen zitten.
|
|
Kabeljauw met bietendressing
Ingrediënten
- 3 x 200 g kabeljauwhaasjes, in 4 stukken
- 100 g gekookte bieten (schaal 500 g)
- 1 sjalotje
- 3 eetlepels verse peterselie, plat
- 80 ml olijfolie extra vierge
- 2 eetlepels balsamicoazijn
Materialen:
- ovenvaste bakjes
Bereiden:
- Bestrooi de vis met peper en zout. Leg de stukken op een bord dat ruim past in een grote pan. Zet 2 à 3 ovenvaste bakjes onderin de pan. Schenk water in de pan; zorg daarbij dat het water niet boven de bakjes komt. Breng het aan de kook. Zet het vuur laag en laat het bordje met de vis voorzichtig in de pan zakken (de stoom is erg heet). Doe een deksel op de pan, zet het vuur hoog en laat de vis in 6 min. net gaar stomen. Door de vis op deze manier te stomen, voorkomt u dat de geur van de vis opgenomen wordt in een stoommandje.
- Schil de bietjes en snijd in kleine blokjes. Snipper het sjalotje zeer fijn. Snijd de peterselie grof, houd wat achter voor garnering. Meng de olie met de azijn in een steelpan. Voeg de bietjes, het sjalotje en de peterselie toe en verwarm het geheel tot het lauwwarm is. Breng op smaak met peper en zout.
- Draai het vuur uit onder de kabeljauw en neem het bord voorzichtig uit de pan. Verdeel de vis over 4 borden en schep de bietjesdressing erbij. Garneer met de achtergehouden peterselie. Lekker met schorseneren uit de oven (Ovenschotel schorseneer, 300 g) of romige pompoenpuree.
Tot de volgende kook!
|
|
Peterselie
Peterselie (Petroselinum crispum) tweejarige, winterharde, kruidachtige plant uit de schermbloemenfamilie (Apiaceae).
Kenmerken
De plant groeit op rijke, vochtige en diep gespitte grond in de volle zon of iets in de schaduw. De plant bevat een hoge concentratie aan oxaalzuur. Deze verbinding is betrokken in de vorming van nierstenen.
Gebruik
Peterselie is een veelgebruikt kruid in de Europese keuken, maar evenzeer in de Amerikaanse keuken en in het Midden-Oosten. Het is fris van smaak.
Er zijn drie soorten in gebruik:
- Krulpeterselie met de bekende gekroesde blaadjes wordt in hoofdzaak gebruikt als garnering.
- Bladpeterselie heeft gladde bladeren en heeft door een hoger watergehalte en een hoger gehalte aan etherische oliën (in hoofdzaak apiol) een fijnere smaak dan krulpeterselie.
- Van wortelpeterselie wordt de penwortel gegeten. Deze wortels zijn zo'n 15 cm lang.
Bladeren en wortel kunnen worden gedroogd, waarna deze lang bewaard kunnen worden. Bladeren kunnen ook worden ingevroren. De wortel dient eerst te worden geblancheerd alvorens deze wordt ingevroren.
Culinair
Het kruid dient pas aan spijzen toegevoegd te worden vlak voor het serveren (dus niet meegekookt te worden) omdat het anders te veel van zijn smaak en frisheid verliest. Ook wordt het vaak samen met knoflook aan roomboter toegevoegd om kruidenboter te vormen. Bladpeterselie kan ook in salades gebruikt worden.
De wortel kan rauw worden gegeten. Geraspte wortel kan worden toegevoegd aan salades.
Peterselie is een klassiek bestanddeel van een bouquet garni.
|
|
|
|