Voor de krant van deze week heeft uw Hertog uit Portus Ostiae een artikeltje geschreven over de herkomst van de feesten, die wij vandaag, morgen en overmorgen zullen vieren. Slechts zelden staan wij erbij stil dat wij tradities doorgeven, net zoals onze voorouderds het ons hebben doorgegeven. U weet waarschijnlijk ook niet wat de oorspronkelijke betekenis van deze feesten is, en waarom wij deze feesten associëren met verschillende zaken. Waarom een kerstboom bij Kerstmis? Waarom een paasei bij Pasen? Dit ga ik u deze keer jammer genoeg niet vertellen, maar waarover ik het in de volgende ca. 1.708 woorden zal hebben, zijn de drie feesten die op mijn kalender het dichtst bij vandaag liggen, namelijk de oorsprong van Halloween, Allerheiligen en Allerzielen.
Halloween
Voor de oorsprong van Halloween moeten we ver terug in de tijd. De tijd van Samhain. Samhain was een Keltisch feest, gevierd op 31 oktober, en huldigde het Keltische nieuwe jaar in. Zo werden alle vuren van het afgelopen jaar gedoofd, waarna men met rituelen het nieuwe licht voor het volgende jaar van grote vuren, aangestoken op de heuvels door druïden, mee in een bietlantaarn naar huis bracht. Met het feest sloot men het zonnehalfjaar af, en begon het winterhalfjaar en de duistere, koude wintermaanden. Voor dit feest werden de laatste oogsten binnengehaald, en de kuddes werden uitgedund, om veevoeder tijdens de winter uit te sparen, en een nieuwe voorraad vlees te drogen of pekelen voor de komende winter. Enkel de beste dieren voor de kweek werden gespaard. Door deze slachtingen wordt november de dag van vandaag nog wel eens de bloedmaand genoemd. Tijdens het feest voerde men vruchtbaarheidsrituelen uit, zoals het verbranden van en verstrooien van de allerlaatste delen van de oogst over de velden, zodat ze het volgende jaar weer een nieuwe oogst zouden kunnen voortbrengen.
Ook zijn bijvoorbeeld de noten eind oktober al rijp, waardoor deze vandaag nog worden geassocieerd met Halloween.
Maar met het begin van de winter evolueerde Samhain ook tot het feest van de doden. De kuddes werden uitgedund, en meer ouderen stierven door de opkomende koude in deze periode van het jaar. Men geloofde dat er op deze dag een barst in de tijd ontstond en de spirituele wereld geopend werd. Op deze ene nacht konden de zielen van de doden terugkeren naar de aarde. Dit riep ook wat angst op bij de Kelten, waardoor men enkele beschermende maatregelen bedacht. Zo zag men de grote vuren op de heuveltoppen ook als hulpmiddel om de kwade geesten te verjagen, en men bracht offers om onvriendelijke goden gunstig te stemmen. Men droeg ook maskers en dierenhuiden om de kwade geesten te misleiden. De geesten van overleden familiegeesten werden daarentegen verwelkomd met lekkers, dat buiten werd gezet. Of men zette lantaarns buiten, uitgesneden uit suikerbieten. Dit wordt nu soms nog gedaan.
Rond het begin van onze jaartelling versmolt dit feest langzamerhand door de Romeinse veroveringen met een Romeins oogstfeest, dat plaats vond op 1 november ter ere van Pomona. Zij was de godin van het fruit, de tuinen en de vruchtbaarheid. In de mythologie werd zij voorgesteld als symbool van mildheid, en was vaak de geliefde van vele oude, Romeinse, boerse godheden. Pomona had een eigen priester in Rome, de Pomonalis genoemd. Pomona werd meestal afgebeeld zittende op een grote korf met fruit en bloemen, een hoorn van overvloed op haar voet, en een snoeimes, die duidelijk verwijzen naar een rijke oogst. Haar gewijde fruit waren appels, in haar naam schuilt misschien wel het Franse woord une pomme.
Onder invloed van dit Romeinse oogstfeest ontstond al gauw de traditie om op Samhain fruit weg te geven, vooral appels. Hiervan vindt men nog steeds resten terug in spelletjes waarbij men bijt naar appels, en het geven van geschenken aan de armen rond de periode van Allerheiligen.
Toen het Christendom zich verspreidde en later staatsgodsdienst werd, werden vele elementen van de bestaande feesten van de overwonnen volkeren “verchristelijkt”. Men wilde het volk hun heidense gebruiken doen vergeten. Dit probeerde men door gebruiken te verketteren, maar beseffende dat de verboden appel nog zo verleidelijk is, bleek het opnemen van gebruiken in de Christelijke cultuur vaak veel effectiever. In Ierland en Engeland werd Samhain daarom veranderd in All Hallows’ Evening. (Hallow is een oud-Engels woord voor “heilige.”) Wij weten allemaal dat talen evolueren, en zo veranderde dit eerst in All Hallows’ Eve, later in Hallowe’en, waardoor wij nu dus Halloween zeggen en schrijven. Wat dus “De Avond Voor Allerheiligen” betekent. Dit bleek effectief, want ik denk niet dat u voor het lezen van deze tekst wist dat Halloween afkomstig is van Samhain en het feest van Pomona. Toch bleven veel gebruiken bij de bevolking hangen. Zo bleef het belangrijk om kwade geesten te verjagen.
Toen in de negentiende eeuw immigranten uit Engeland, Schotland en Ierland zich in Amerika vestigden, namen zij de gewoonten en gebruiken rond Halloween mee. In verschillende delen van de VS werden andere tradities vermengd.
Één daarvan is bijvoorbeeld de Jack o lantern. Dit is de uitgeholde pompoen. Het verhaal gaat dat Jack iemand was die op slinkse wijze de duivel was ontlopen maar nu gedwongen was om op de aarde rond te dolen. Hij was een te grote dronkaard om in de hemel te mogen en zo’n plaaggeest dat zelfs de duivel hem niet in de hel binnen liet. Hij was gedoemd om tot de dag des oordeels rond te zwerven. Hij kreeg om de duisternis en de koude te overwinnen van de duivel wat hellevuur toegeworpen, dat hij nog net kon opvangen in een biet die hij aan het eten was. Jack doolt ’s nachts de aarde rond met zijn lichtende kool in een biet. Later werd de biet vervangen door een pompoen, omdat dit goed groeit in Amerika, en omdat die makkelijker uit te hollen is. Een biet is massief en hard, uit een pompoen kan je bijna met de hand de pitjes en het moes daar rond halen. Hierdoor werd de pompoen nog meer dan de appel de vrucht van Halloween.
Ook de “Dia de los Muertes,” een Mexicaans dodenfeest, heeft veel invloed gehad op Halloween. De Mexicaanse doden worden hier voorgesteld als vrolijke skeletten, deelnemend aan de gewoonste alledaagse activiteiten.
Door de veramerikanisering en de consumptiemaatschappij is het vroege Europese feest dat vergeten was geraakt teruggekomen.
Allerheiligen
In de beginjaren van het Christelijk geloof werden Christenen vaak vervolgd om hun geloof. Ze werden gevangen genomen, gefolterd en gedood. Cyprianus (ca. 200-258), een prominent Christen, werd door de Romeinse overheid verbannen. Vanuit zijn ballingschap wilde Cyprianus op de hoogte gehouden worden van de Christenen die vermoord werden om ze in zijn gebeden te gedenken tijdens de maaltijd de Heren. Toen hij zelf vermoord werd, gingen de Christenen zijn gebruik om maaltijd te vieren bij de graven van de martelaren overnemen. Maar omdat zoveel Christenen vermoord werden en er niet voor iedereen een gedenkdag kon zijn, ontstond al gauw een collectief martelarenfeest. Dat feest werd oorspronkelijk op 13 mei gevierd. Toen de vervolgingen ten einde liepen met het opnemen van het Christelijke geloof als staatsgodsdienst in het Romeinse rijk, kwam er ruimte voor een nieuw type heilige. Niet alleen martelaren, die hun Christen zijn vol hadden gehouden tot in de dood konden betekenisvol zijn voor anderen, maar ook andere figuren met een hoge morele en religieuze waarde konden tot voorbeeld gesteld worden, die oorspronkelijk belijders genoemd werden.
In de achtste eeuw werd onder paus Gregorius III (?-741) het feest van alle martelaren veranderd in het feest van aller heiligen, in iets ouder Nederlands: (het feest) aller heiligen. Van over heel de wereld werden relieken van apostelen, martelaren en belijders overgebracht naar een nieuw gestichte Allerheiligenkapel. Later ontwikkelde de Kerk de leer van “de gemeenschap van de heiligen,” gebaseerd op de gedachte dat slechts een klein deel van de gelovigen zo goed geleefd heeft dat ze naar de hemel mag gaan. Volgens deze leer moeten de meeste mensen na hun dood een tijd in het Vagevuur doorbrengen om voor hun zonden te boeten en daarna gelouterd de hemel binnen te gaan.
Zoals wij vandaag reeds geleerd hebben, deed vooral de Ierse Kerk er alles aan om het heidense feest Samhain ons te doen vergeten, en zo verplaatste paus Gregorius IV (827-844) dit feest aller heiligen, oorspronkelijk gevierd op 13 mei, naar 1 november. Wat later maakte Lodewijk de Vrome (814-840) er een verplichte rustdag van. Toen zelfs deze drie ingrepen tegen Samhain(datum Allerheiligen, verplichte rustdag, All Hallows’ Eve) het feest nog niet helemaal konden doen vergeten, stelde de Rooms Katholieke Kerk dat heidense feesten een misleiding van de Duivel waren, en dat die de mensen valse idealen schonk. Om het volk nog meer schrik in te boezemen, werd Halloween geassocieerd met heksen, zwarte katten, vleermuizen, vampiers, skeletten, boze geesten, spoken, et cetera, et cetera…
![](http://www.rotterdamaanzee.nl/Joomla/images/stories/halloween-graveyard.gif
)
Allerzielen
Allerzielen werd door paus Johannes XIX (1024-1032) ingesteld om het lot van de arme zielen te herdenken en voor hun zielenheil te bidden. Met dit gebed hoopte men de zielen tijdelijk uit het Vagevuur te verlossen. Het Vagevuur was een soort voorgeborchte van de hel, een voorlopige vrijplaats voor mensen die geen al te grote zonden op hun geweten hadden. Ze moesten boeten voor hun zonden alvorens tot de hemel te kunnen treden. Zij konden daarvoor vanaf de aarde geholpen worden door de nog levende mensen. Deze moesten bidden opdat zij van hun zonden zouden worden vrijgesproken en verlost. In de praktijk was Allerzielen voor het gewone volk een mogelijkheid om hun geliefde doden te eren. In onze streken is vooral het versieren van graven met bloemen overgebleven. De chrysanten als herfstbloeiers werden daarvoor gebruikt. Hoewel we vandaag vele kleuren op het kerkhof aantreffen, vierde de witte chrysant vroeger hoogtij. Mogelijk symboliseert de witte kleur het licht.
Ook het ontsteken van (geweide) kaarsen was een manier. Waarschijnlijk is dit gebruik ook voorchristelijk, namelijk om op Samhain toortsen aan te steken op het graf. Het zou de zielen geholpen hebben hun weg te vinden bij de tijdsbreuk op Samhain.
Ondanks protest van Kerkelijke zijde zetten sommigen er ook eten en drinken neer. Dit vind ook zijn oorsprong in Samhain, toen men lekkers buiten zette om kwade geesten gunstig te stemmen, en familiegeesten te verwelkomen. Decennialang was het traditie, vooral in Vlaanderen, om Allerzielenkoeken te bakken. Voor het bakken werd er gebeden en werd er een kruisje in de deeg geprent (vandaar de naam kruisjesbroodjes) en iedereen at een stuk om zich zogezegd te beschermen tegen besmettelijke ziekten. Hieruit is de gewoonte ontstaan om krakelingen, zoolgebakjes, gevlochten broodjes, pannenkoeken of wafels te bakken op Allerzielen. Het geven van geschenken aan armen kan ook hieruit oorsprong hebben.
Dus, wat hebben wij vandaag geleerd?
- Dat Halloween griezelig is, komt deels van de Kelten, maar was vooral een uitvinding van het Christendom om het feest Samhain te doen vergeten.
- Een kaarsje branden is niet zo Christelijk als u eerder dacht.
- Dat u pannenkoeken bakt voor de kinderen op Allerzielen is een eeuwenoude traditie, die u aan het voortzetten bent.
Een vriendelijke groet vanuit Kapi-Regnum.nl,
De Hertog van Portus Ostiae.
|