Editie 13 | Bladzijde 2 2. jan 2008 AD
<<< vorige volgende >>>


Inhoud


Zondag 23 december.
Het dagblad staat deze keer in het teken van de naderende Kerst!

Op de voorpagina vind je de Zaragoza Review, Het Interview en Het Onderschrift (nieuw!) - Voorpagina

Op de tweede pagina vind je De Troubadour (nieuw!), De schrijfwedstrijd en het nieuwste hoofdstuk van het verhaal - Pagina 2

Op de derde pagina vind je alles over het Raadsel van de Week en ook een stuk over jaartellingen - Pagina 3

En tot slot staat op de vierde pagina Dahantes Rubriek (nieuw!), alles over de Competitie en Het Achterbladverhaal van Minsk - Pagina 4

De Troubadour

Een nieuwe naam voor een rubriek die we al wel vaker langs hebben zien komen.
De troubadour vertelt de ene keer een mop, de andere keer een droevig verhaal en weer een andere keer een raadseltje. Inzendingen voor de Troubadour zijn van harte welkom trouwens. Deze keer twee korte mopjes:



" De groenteboer zette een bord neer: "Noten, 25 cent per stuk, drie voor 1ct."
De hele dag kreeg hij klanten die riepen:
"Maar dat is bespottelijk! Voor een kapithaler hoor ik er vier te krijgen en geen drie."
De winkelier gaf zich gewonnen en pakte gehoorzaam vier noten in. De kleermaker naast hem had aandachtig toegekeken en vroeg na een tijdje aan zijn buurman:
"Moet je die fout op dat bord niet verbeteren?"
"Wat voor fout?" vroeg de groenteboer. "Voordat ik dat bord buiten neerzette had ik nog nooit meer dan één noot tegelijk verkocht!"


De drie directeurs van Maes, Heineken en Jupiler nemen elke morgen om 10 over 7 de veerpont naar het werk. Op een zekere morgen is er een serieuze vertraging en ze besluiten samen iets te gaan drinken. Ze stappen een herberg binnen waar ze meer dan 120 verschillende bieren hebben.

De directeur van Maes roept : "Patron, drie Maeskes alstublieft." Nadat hun glas leeg is, roept de directeur van Heineken: "Hallo, barman, kan jij ons nog effe drie Heinekens serveren alsjeblief."

Nadat deze uit zijn, is het de beurt aan de directeur van Jupiler: "Patron, drie Heineken alstublieft!" De directeurs van Maes en Heineken verschieten en kijken elkaar verwonderd aan. Plots zegt die van Heineken: "Man, hoe kan dat nu jij bent directeur van Jupiler en jij bestelt drie Heineken?"

"Wel, ja," zegt de directeur van Jupiler, op zijn uurwerk kijkend, "'t Is nog wat vroeg om bier te drinken!"

Chimera



Schrijfwedstrijd


Een werkkamer vol met rollen papier.

Balansen, inkoopprijzen, marktwaarden. Wachtend op nieuwe handel zit je als handelaar vaak even voor je uit te staren.

Door het raam klinken de geluiden van de harde buitenwereld. Van de marktkooplui zijn de sappigste verhalen te horen over moord, oorlog en complotten.

Zelf maak je ook wel het een en ander mee op de slecht begaanbare wegen van stad naar stad. Opeens heb je het!

Je pakt je veer, doopt hem in wat verse inkt en begint te schrijven...





Schrijf mee aan het verhaal over Kapi Regnum! Elke week zal er een hoofdstuk gepubliceerd worden in ons dagblad. Stuur je verhaal naar 'Handelsburcht'. met als titel 'Schrijfwedstrijd'.

Lukt het jou om het spannendste, grappigste, origineelste verhaal te schrijven? Dan wordt jouw verhaal gepubliceerd in ons dagblad en ontvang je bovendien een oorkonde!


Deze week is het winnende hoofdstuk van Caviaria, gefeliciteerd met je oorkonde en bedankt voor je bijdrage!


Let even op:
  • Alleen correct Nederlands, dus let op spelling en grammatica!
  • Om een beetje de lengte aan te geven: tussen de 400 en 800 woorden zou mooi zijn.
  • Het verhaal moet aansluiten op de eerdere hoofdstukken. Het verdient aanbeveling af en toe wat dingen 'op te halen' uit eerdere gebeurtenissen.
  • Nieuwe hoofdstukken kun je insturen tot zaterdag avond 23.59. Later ingestuurde hoofdstukken worden niet meer behandeld.






  • Hoofdstuk 5: De eerste hindernis




    De eerste paar dagen van de tocht naar Kobolt verliepen gladjes, en waren ook gladjes blijven verlopen, als de boer er niet was geweest.

    Het eerste gedeelte van de tocht verliep zonder problemen, maar de vierde dag werd Xena wakker van een geluid. Ze liep nog slaapdronken door het kamp dat zij en haar elf metgezellen de vorige avond hadden opgebouwd. Het was duidelijk te zien dat er niet veel moeite was gedaan het kamp bewoonbaar te maken. De palen die het tentdoek omhoog moesten houden stonden scheef, het tentdoek zelf waaide op bij elk klein zuchtje wind en de etensresten lagen over de grond verspreid. Iets was er niet in orde, maar wat. Ze hoorde een geluid achter zich, ze draaide zich razendsnel om en zag nog net een schaduw wegflitsen. Plotseling wist ze wat er niet klopte, ze hadden de vorige avond helemaal niet gegeten! Ze waren de vorige avond doodmoe op deze open plek aangekomen, hadden de tenten opgezet en waren gaan slapen.

    Vlug rende ze naar de tent waar ze het voedsel in hadden opgeborgen. Wat ze zag was verschrikkelijk: de hele tent was aan stukken gescheurd en van het proviand was niks meer te bekennen. Het was een vreselijke puinhoop, de opengereten rugzakken lagen overal in het rond en de grond was omgewoeld.

    Ze had dit nauwelijks verwerkt of ze hoorde een gil achter zich in een van de tenten. Plotseling was ze klaar wakker, ze rende naar het geluid toe en wat ze zag deed haar adem in haar keel stokken Voor haar stond een enorme wolf. De wolf stond net klaar om haar te bespringen toen Sem plotseling uit de tent kwam gerend, tegen de wolf aan. De wolf struikelde een paar passen opzij en Sem, die nog niet half zo zwaar was als de wolf, wankelde een stap terug en viel op de grond.

    Toen vloog er plotseling een wolf die minstens zo groot was als de vorige nog geen halve meter over de plek waar Sem nu lag heen en landde boven op de andere wolf. Deze slaakte een oorverdovende brul en hapte zijn aanvaller naar de voorpoten,. Het gevecht was zo woest, dat de grond ervan leek te schudden.

    Xena trok Sem omhoog en trok hem mee, het kamp uit, weg van de wolven. Ze trok Sem tussen de struiken, waar ze bleven wachten tot de zon op zou komen.

    Zodra de eerste zonnestralen door het wolkendek heen braken, zochten ze hun weg terug naar het kamp. Toen ze daar aankwamen waren er al zeven van hun metgezellen teruggekeerd, het uur dat daarop volgde kwamen de anderen ook terug.

    Die avond werd er beraadslaagd wat er nu moest gebeuren. Ze hadden geen voedsel meer, twee tenten waren onherstelbaar verwoest en een van de tien mannen kon niet meer lopen. Ze besloten een of twee herten te schieten en een draagbaar te maken voor de man, Uiteindelijk werd ook besloten om drie man tegelijk de wacht te laten houden zodat ze toch genoeg tenten zouden hebben en de volgende keer niet verrast zouden kunnen worden.

    Die middag werd er een hert gedood en meegenomen in de voorraad. Nog geen drie uur daarna zagen ze nog een hert. Brend stapte eropaf en gooide een speer. Het was een voltreffer in de nek, maar net toen dit hert zijn doodskreet slaakte hoorden ze heel dichtbij het geratel van karrewielen. Toen zagen ze de boer, en hij zag hen, en heel even leek hij iets te willen schreeuwen, en liet vervolgens de paarden versnellen.

    Niemand zei iets maar ze zag in de ogen van de mannen dat ook zij wisten dat ze heel diep in de problemen zaten. De kar ging te snel om nog in te halen en ze hadden het persoonlijk eigendom van de hertog gestolen. Ze moesten hier weg.

    Caviaria



    <<< vorige Weekblad Archief volgende >>>