Inhoud
Zondag 24 februari.
En een nieuw dagblad!
- Bladzijde 1
Op de voorpagina vind je de Beursweek, Zaragoza Review en Het Onderschrift
- Bladzijde 2
Op de tweede pagina vind je alles over de afgelopen Competitie, Het Interview en Bigmamma's Kookhoek
- Bladzijde 3
Op de derde pagina vind je alles over het Raadsel van de Week en nu ook Dahantes Rubriek
- Bladzijde 4
Op de vierde pagina dan De Houtmolen en De schrijfwedstrijd met een trieste aankondiging
- Bladzijde 5
Op de vijfde pagina vind je alles over de nieuwe Handelsgildes en Het Hoekje van Chanovila
- Bladzijde 6
Op de zesde staat wederom De Troubadour, De wonderlijke kruidentuin en de rubriek De Stad
- Bladzijde 7
Op de zevende pagina en deze keer laatste pagina vind je alles over de Astronomietoren met als onderwerp Hoe maak je een Forum Signature
|
|
Het raadsel van de week
Elke week verschijnt er in het dagblad een nieuw raadsel. De oplossing van het raadsel vergt over het algemeen enig hersenkraken, we zullen niet zo snel een flauw antwoord verwachten. Mocht je achter het antwoord zijn gekomen, stuur het dan op naar de redactie en maak kans op een van de drie Stenen der Wijzen die we elke week verloten onder de juiste inzendingen.
Het juiste antwoord zal altijd de daarop volgende week in het dagblad gepubliceerd worden, samen met de winnaars van de Stenen der Wijzen. Over deze uitslag is geen correspondentie mogelijk
Let op de voorwaarden om mee te doen:
Sluitdatum zaterdag om 23:59
Slechts EEN oplossing per stad.
Insturen naar Bassjunk
Het woord 'Oplossing raadsel' in het veld 'Onderwerp' bij je bericht
Fietsen
Ayron en Bassjunk moeten een afstand van 16km afleggen. Ze hebben slechts één oude fiets, die geen twee personen kan dragen. Ayron en Bassjunk vertrekken gelijk. Bassjunk besluit eerst een eind te fietsen met een snelheid van 12km/uur en daar de fiets aan de kant te zetten. Daarna zal hij verder lopen tegen 4km/uur. Ayron loopt eerst tegen 5km/uur. Ayron pikt dan de fiets op en rijdt het laatste stuk aan 10km/uur. Ayron en Bassjunk bereiken gelijktijdig hun eindbestemming
Waar moet Bassjunk de fiets neerzetten en hoelang staat de fiets alleen?
Stuur je antwoord naar
Bassjunk
(Omdat deze moeilijk is vraag ik aan iedereen of ze de berekeningen mee willen sturen. De reden is, dat als er geen goeie antwoorden zijn ik naar de wijze kan kijken hoe het berekend is.)
|
|
Oplossing vorige week
De reiziger heeft
twee dragers nodig. De eerste drager keert om na een dag. De andere drager gaat aan het eind van de tweede dag naar huis. De ontdekkingsreiziger heeft dan nog genoeg voedsel voor 4 dagen.
De winnaars krijgen 'een Steen der Wijzen' toegewezen. De felicitaties gaan uit naar:
Tourixt
Historama
bryggja
--------------------------------------------------------
Oplossing 'zoek de verschillen'
Klik
hier om door te gaan
Dahantes rubriek
Kapianers, deze rubriek noem ik gewoon Dahante's rubriek omdat ik geen zin heb om er een bling-bling naam aan te geven. Waarover zal mijn rubriek gaan?
Wel, we spelen allemaal een economie-gerelateerd spel dat zich afspeelt in de Middeleeuwen en af en toe wordt er ook gealludeerd naar de Nieuwe Tijd. Als leerkracht geschiedenis vond ik het wel interessant jullie informatie aan te bieden die soms oppervlakkig voorkomt in het spel. Reacties, suggesties of vragen? Mail ze naar Hoogdonck !
Het Middeleeuwse wereldbeeld.
Bier en brood op tafel krijgen is in Kapi-Regnum met enkele klikjes en luttele uren gedaan gekregen, maar het hoofdbestanddeel van deze producten, graan, is zeer belangrijk gedurende de hele periode van de Middeleeuwen. Een samenleving viel of stond met de landbouw en de oogst van graan. Een slechte oogst betekende honger voor een jaar, iets dat weinigen in de moderne Westerse wereld nog kennen. Tijdens de Middeleeuwen was hongersnood schering en inslag. Bijna het hele boerenbedrijf was dus vooral geconcentreerd op de goede graanoogst.
In de aanvang van de Middeleeuwen gebruikte men het tweeslagstelsel om graan te produceren. Dit was een vrij simpel stelsel. Je hele stuk land is 100%. Maar je gaat niet elk jaar de volledige 100% bewerken, want op die manier put je de grond uit. Je bewerkt slechts op een jaar de helft van de grond en laat de andere helft 'braak liggen', d.w.z. je doet er niets mee. Braakgrond was dan om het vee op te laten grazen (=grasmachine + geen onkruid) en onvermijdelijk ook op te laten poepen (=bemesting). Het volgende jaar wissel je van stuk. Van je hele stuk grond, bracht dus maar 50% per jaar op. Dit is heel weinig.
Het tweeslagstelsel stamde eigenlijk af van de oude Romeinen die het boerenbedrijf als iets traditioneel een religieus zagen. Experimenteren met nieuwe systemen deed je gewoon niet; dat was beledigend tegenover de voorouders en de goden. In de Vroege Middeleeuwen was de opbrengst ook al niet zo bijster veel, dus met een nieuw systeem experimenteren en het risico nemen te falen en honger te lijden, was veel te groot.
Rond 800 na Christus nam Karel de Grote maatregelen. Om zijn Frankische rijk te organiseren als tegenpool tegen het Byzantijnse rijk, moest hij ervoor zorgen dat hij kon vertrouwen op regelmatige voedselinkomsten. Met de tekst 'Capitulare de villis' verordende hij hoe zijn leenmannen hun gronden moesten organiseren. Het reeds bestaande, maar weinig verspreide nieuwe drieslagstelsel was hierin opgenomen. De tekst stelde bijvoorbeeld wat er in elk landgoed voorhanden moest zijn op vlak van hoeveelheid vee, soorten kruiden, houtvoorraad, graanteelt en bijbehorende administratieve staf.
Het nieuwe drieslagstelsel zorgde ervoor dat 66% van het hele grondbezit opbracht. Twee stukken grond werden bewerkt en het derde stuk grond lag braak. Belangrijk is wel dat op het ene stuk grond wintergraan gezaaid werd, op het andere zomergraan. Anders zou je in dezelfde tijd 2 stukken grond moeten oogsten en dat is teveel werk.
Desondanks het bevel van Karel de Grote, bestonden het tweeslagstelsel en zijn jongere broertje, het drieslagstelsel, enige tijd naast elkaar.
Het drieslagstelsel bleef bestaan tot het einde van de Middeleeuwen. In de Late Middeleeuwen, wanneer Columbus de Nieuwe Wereld ontdekt, verspreidde het vierslagstelsel traag maar zeker over Europa met de introductie van de aardappel.
Men had tegen dan door dat uitputting van de grond aan twee factoren lag: frequentie en intensie. De frequentie is het aantal keren dat je de grond gebruikt. De intensie is het soort product dat je zaait/plant op de grond.
Uiteraard zorgt een overmate van frequentie een totale uitputting van de grond, vandaar dat men de grond even liet bekomen door hem braak te leggen. Als men tarwe en gerst verbouwt in een drieslagstelsel, dan gebeurt op een stuk grond in zes jaren tijd: 1tarwe-2gerst-3braak-4tarwe-5gerst-6braak. Op enig andere manier putte men de grond uit.
In de Late Middeleeuwen was men achter de intensie gekomen en kon men ervoor zorgen dat de grond een product erbij kon nemen en tóch evenveel kon bekomen als tijdens het drieslagstelsel! Een lesje in biologie is nodig. Je moet je inbeelden dat in de grond verschillende grondstoffen zitten. Elk product dat je zaait/plant neemt bepaalde grondstoffen op. Het is de kunst om zoveel en zo verschillend mogelijk producten achter elkaar te planten, zodat tijdens een jaar van aardappelen, de grondstoffen voor gerst al terug kunnen komen.
Er zit bijvoorbeeld in de grond de grondstoffen A,B,C,D,E en F. Tweeslagstelsel gebruikt alleen tarwe dat A en B uit de grond haalt. Eenmaal uit de grond, moet die bekomen, dus braak. Drieslagstelsel gebruikte tarwe (A en B) en gerst (C en D). Eenmaal uit de grond, moet die bekomen, dus braak. Bij het vierslagstelsel wordt eindelijk de aardappel (E en F) ontdekt en gebruikt met tarwe en gerst. Eenmaal uit de grond, moet die bekomen, dus braak. We vertrekken vanuit een stuk grond in braakjaar; alle grondstoffen zijn aanwezig.
Braak: A, B, C, D, E, F
Tarwe: C, D, E, F (A en B wordt gebruikt door tarwe)
Gerst: E, F + een beetje A en B dat terugkomt (C en D wordt gebruikt door gerst)
Aardappel: bijna vol A en B + ee beetje C en D dat terugkomt (E en F wordt gebruikt door aardappel)
Braak: A, B, C, D + een beetje E en F dat terugkomt
Tarwe: C, D, E, F (A en B wordt gebruikt door tarwe)
Duidelijk?
De Middeleeuwer had hier uiteraard maar beperkt verstand van. Hij had een beperkt aantal gewassen en had weet van een beperkt aantal grondstoffen. Er was meestal maar 1 combinatie van gewassen die hij kon gebruiken.
Als ik je nu zeg dat dat we nu weten dat het maximum stelsel dat een stuk grond kan ondergaan het zesslagstelsel is, dan besef je hopelijk wel dat de Middeleeuwer al een vrij modern systeem had tussen ons en de Romeinen.
Als we nu een drieslagstelsel zouden toepassen kunnen we kiezen uit zo'n dozijn combinaties. Het zesslagstelsel is maar mogelijk met 1 of 2 combinaties, uit de duizenden soorten gewassen en soorten gronden die in onze wereld aanwezig zijn.
U ziet, het leven van de Middeleeuwse boer was zelfs een strijd tegen de biologie zelve. Het duurde honderden jaren voordat de grond enkele geheimen prijs gaf. Bedenk dat als uw brood van de warme bakker en uw bier uit de supermarkt komt, vroeger was dat helemaal niet zo evident.
Groetjes,
Dahante