Inhoud
28 10 2012,
- Bladzijde 1
Op de voorpagina vind je Het welkomswoord en de verjaardagskalender.
- Bladzijde 2
Op de tweede pagina vind je Willie's pagina.
- Bladzijde 3
Op de derde pagina vind je het raadsel van de week.
- Bladzijde 4
Op de vierde pagina vind je Uit de oude doos.
- Bladzijde 5
Op de vijfde pagina vind je het recept van de week.
- Bladzijde 6
Op de zesde pagina vind je een blik in de middeleeuwen
- Bladzijde 7
Op de zevende pagina vind je alles over de competitie.
- Bladzijde 8
Op de achtste pagina vind je de tips over het registeren op het forum.
- Bladzijde 9
Op de negende pagina vind je het dankwoord.
| |
Uit de oude doos
De eerste editie van ons weekblad kwam uit in september 2007, in al die jaren zijn er door vele mensen vele artikelen geschreven.
Ons leek het leuk om zo nu en dan deze oude artikelen nogmaals te publiceren.
Voor deze week hebben we "Troubadour" uit editie 37 van mei 2008 geselecteerd om nogmaals te publiceren:
Ach en wee! Op je weg naar huis werd je door een onguur type in donkere kleding overvallen. Men roofde je de kleding van het lijf, en je beurs met ¢τ 1.000.
De troubadour werd wakker met een bult op zijn voorhoofd en een misselijk gevoel. Hoe het had kunnen gebeuren wist hij niet meer, maar dat er geweld werd gebruikt in het o zo vredige Kapi-Regnum, dat werd duidelijk toen hij met zijn hand zijn voorhoofd betastte.
Dat hij nu 1.000 ¢τ miste uit zijn buidelnap vond hij niet zo erg. Dat men voor de gein ook de snaren van zijn gitaar hadden doorgeknipt was een ramp. Het was minstens 30 km lopen voordat hij in een dorp was.
Terwijl een verknipte raaf kunstjes deed op een tak van een boom, opende de troubadour zijn rugzak en zag dat er gelukkig nog eten in zat.
Versuft als hij was, vulde hij zijn zelf gefabriceerde lederen fles met vers water uit een nabij gelegen rivier.
Wellicht was het zijn geluksdag want uit het niets hoorde hij een paard en wagen in de verte. En naar mate de wagen dichterbij kwam, klonk het kraken van de houten wielen harder.
“Gegroet vreemdeling. U ziet er gehavend uit. Kan ik U wellicht een lift geven?” vroeg de man op de wagen die zijn paarden in bedwang probeerde te houden.
De troubadour nam dit aangename aanbod natuurlijk aan en klom op de wagen. “Mijn dank ik groot heer. Enkele onverlaten hebben mij op mijn tocht overvallen en ik moet naar het volgende dorp.”
“U bent in veilige handen.”, zei de man en zweepte zijn paarden. “Achterin de wagen ligt wat kleding van mij, neem deze. Het is niet nieuw, maar nakende valt U nogal op!”
De troubadour maakte gretig gebruik van deze geste en met wat touw om zijn middel had hij in ieder geval een broek aan; stoffig, maar het was tenminste iets. Het hemd was tig maten te groot en hing haast als een laken over zijn ranke schouders.
“Kijk eens aan!”, zei de man van de wagen, “Je ziet er een stuk menselijker uit nu.” Hij ontblootte zijn aangetaste gebit en lachte hard.
“Het is inderdaad beter dan niets”, zei de troubadour verheugd met zijn nieuwe kleding.
Tijdens de rit met vele mooie vergezichten, vergat de troubadour wat hem was overkomen. De berijder van de wagen scheen Jan Piet te heten. Het was een aangename Bourgondiër die handelde in beenhammen en varkenswangen.
“Hoe hou je het goed met al die vliegen?”, wilde de troubadour op een gegeven moment weten.
“Daarom rijden we zo hard”, bulderde Jan Piet tussen een scheet door.
De troubadour wende zijn gezicht af door de darmgassen van Jan Piet. “Kon het moeilijk in een nauw gat houden, vreemdeling!”
Héél in de verte zag de troubadour het puntje van een kerk. Van welk dorp wist hij nog niet, maar daar zou hij snel achter komen. Terwijl de paarden zich in het zweet galoppeerden haalde hij een stuk gedroogd vlees uit zijn rugzak en deelde deze met Jan Piet. “Dat is een tijd geleden dat ik dat gegeten heb”, zei Jan Piet verheugd en stak de gift in z’n geheel in zijn mond en begon te kauwen.
Zij die delen hebben het geluk aan hun zijde, besloot de troubadour wijselijk.
Naam: LordDrinkAlot
Dorp: Amsterdam-Westerpark
|
|
|