Editie 256 | Bladzijde 7 14. apr 2013 AD
<<< vorige volgende >>>


Inhoud


14 04 2013,

- Bladzijde 1
Op de voorpagina vind je Het welkomswoord en de verjaardagskalender.

- Bladzijde 2
Op de tweede pagina vind je alles over de competitie.

- Bladzijde 3
Op de derde pagina vind je het raadsel van de week.

- Bladzijde 4
Op de vierde pagina vind je Uit de oude doos..

- Bladzijde 5
Op de vijfde pagina vind je het recept van de week.

- Bladzijde 6
Op de zesde pagina vind je "De blinde veiling".

- Bladzijde 7
Op de zevende pagina vind je een blik in de middeleeuwen

- Bladzijde 8
Op de achtste pagina vind je de tips over het registeren op het forum.

- Bladzijde 9
Op de negende pagina vind je het dankwoord.


Een blik in de middeleeuwen

De honderdjarige oorlog deel 2:

Hey iedereen,

Na een lange tijd afwezig te zijn ben ik er weer. In dit artikel ga ik nog iets dieper in op de oorzaken van de honderdjarige oorlog. Die zoals ik in het vorige artikel al had beschreven geen honderd jaar duurde maar 116 jaar. Ook was het geen echte oorlog maar een hele resem van conflicten meestal tussen Frankrijk en Engeland. Het ging tussen twee grote families het huis van Plantagente die gronden had in Engeland en het huis van Valois die grote delen in Frankrijk bezat.
In dit artikel ga ik wat dieper in op de mogelijke oorzaken van de honderdjarige oorlog. Alle mogelijke oorzaken kun je herleiden tot twee achtergronden. De feodale en dynastieke oorzaak. In dit artikel ga ik het hebben over het eerste, Dus de feodale oorzaak.
In de periode voor de honderdjarige oorlog raakte heel Europa versnipperd. Dit was het sterkst in Frankrijk. Hoe dit kwam? Wel dit kwam namelijk door het feodale systeem dat overal heerste.
Om het feodale systeem te kunnen begrijpen en zo ook één van de oorzaken van de honderdjarige oorlog moeten we terug gaan naar de Merovingische periode ( eind 5de eeuw ). De koning in de periode hadden behoefte aan helpers, volgeling wanneer ze ten strijde trokken tegen de vijand en bij het besturen van hun enorme land. De mannen die dit uiteindelijk deden zwoeren een eed van trouw aan de koning. In ruil daarvoor voorzag de koning ze in hun opleiding, kregen ze een wapenuitrusting en hun levensonderhoud. De helpers van de koning noemen we vazallen.
De eed van trouw gebeurde door middel van een aantal gebaren dat een vazal moest doen bij de koning. Ten eerste hield de Vazal de handen omhoog met de palmen tegen elkaar en de heer legde zijn handen erover heen.
Een tweede begrip dat je moet kennen om het feodaal systeem te begrijpen is feodum of leen. De vazallen mochten van de koning doen wat ze wilden met het stuk grond dat hij hen had gegeven. Zo kwam het dat deze vazallen ook volk en helpers nodig hadden om te werken op hun land. De vazallen gaven dan op hun beurt een stukje van hun grond af. Dit stuk grond wordt dan een leen genoemd. Degene die een stuk grond kreeg werd leenman genoemd en de gever leenheer. Iedere leenman moest een eed van trouw afleggen.
Natuurlijk waren er een aantal verplichtingen aan dit soort van contracten verbonden. De leenman verplicht zich aan de leenheer tot de volgende verplichtingen: krijgsdienst te paard in geval van conflicten, hulp bij het bestuur (bv. Recht spreken, belastingen innen ), financiële hulp bieden. De financiële hulp kon zich op verschillende manieren uiten. Zo moest de leenman de leenheer vrijkopen als die krijgsgevangen werd genomen. Ook moest deze de heer sponsoren wanneer die op de beroemde kruistochten ging, het huwelijk van de oudste dochter van de leenman mee betalen en/of de ridderslag van de oudste zoon mee betalen.
De leenheer had de volgende verplichten tegenover zich. Zo moest hij de leenman beschermen in geval van nood en de middelen voorzien zodat de leenman in zijn onderhoud kon voorzien.
Het contract was in principe levenslang alleen de dood en het niet naleven van het contract kon een einde betekenen. Als de zonen het contract wilden verderzetten moest er een nieuwe eed van trouw aan de leenheer worden gedaan.
Zo kwam het dus dat heel versnipperde geraakt sommige leen mannen hadden bij verschillende leenheren een eed van trouw afgelegd wat natuurlijk tot problemen zorgden. De gevolgen van dit systeem waren duidelijk op een bepaald was heel west Europa versnipperd geraakt en probeerde de leenheren elk op hun beurt het eigen gebeid zo onafhankelijk mogelijk te besturen . Op deze manier kwam het voor dat de koning hun leenmannen niet meer in eigen hand hadden en geen greep meer hadden op het gebied. De Franse koningen konden dus op geen enkele manier een centraal en sterk gezag uitoefenen dat nodig was om een sterk rijk uit te bouwen.
Nu ken je één van de grote oorzaken van de honderdjarige oorlog namelijk het feit dat Europa versnipperd was en het grootste rijk Frankrijk verdeeld was in kleine lenen. Oftewel dat leenmannen bij verschillende leenheren grond leenden en verschillend moesten reageren op conflicten.
Wat dit soort conflicten gaat geven en de tweede grote oorzaak lees je in een volgend artikel

Tot de volgende.









<<< vorige Weekblad Archief volgende >>>