Editie 295 | Bladzijde 4 9. mrt 2014 AD
<<< vorige volgende >>>


Inhoud


09 03 2014,

- Bladzijde 1
Op de voorpagina vind je Het welkomswoord en de verjaardagskalender.

- Bladzijde 2
Op de tweede pagina vind je alles over de competitie.

- Bladzijde 3
Op de derde pagina vind je het raadsel van de week.

- Bladzijde 4
Op de vierde pagina vind je Uit de oude doos

- Bladzijde 5
Op de vijfde pagina vind je Willie's pagina.

- Bladzijde 6
Op de zesde pagina vind je de tips over het registeren op het forum.

- Bladzijde 7
Op de zevende pagina vind je het dankwoord.


Uit de oude doos


De eerste editie van ons weekblad kwam uit in september 2007, in al die jaren zijn er door vele mensen vele artikelen geschreven.
Ons leek het leuk om zo nu en dan deze oude artikelen nogmaals te publiceren.
Voor deze week hebben we het intervieuw uit editie 74 van maart 2009 geselecteerd om nogmaals te publiceren:



Deze week heeft onze razende reporter Lord DrinkAlot, een smid geintervieuwd
Het is een zeer oud beroep want sinds de tijd dat de mens metaal is gaan gebruiken wordt er natuurlijk al gesmeed. In de oudheid hing er een waas van geheimzinnigheid om de smid die met vuur en vonkenspattend ijzer in de weer was. In sprookjes en legenden treden vaak dwergen op die als vakkundige smeden worden afgeschilderd. Vroeger waren er ook speciale goden van de smidskunst zoals bij de Romeinen de god Vulcanus en bij de Grieken Hephaistos. Al in de oudheid was de smeedkunst hoog ontwikkeld. Vooral de Kelten en de Germanen wisten prachtig gesmede wapens en kunstvoorwerpen te maken. De smid was onmisbaar voor de boeren want hij maakte voor hen al het benodigde gereedschap zoals ploegen, schoppen, harken en schoffels.

Voor dit interview wilde mijn gast anoniem blijven omdat hij anders meer personeel moet opnemen en leerlingen moet opleiden. Voor het gemak noem ik hem maar Smidse.
Ik begin al aardig te zweten en U doet het bijna niet!
  • Ik zit al sinds mijn jeugd in dit beroep. Het is van vader op zoon gegaan. Al generaties lang.


  • Wat komt er allemaal bij kijken?
  • De smederij is de voor het smeden speciaal ingerichte werkplaats van de smid. Met behulp van een vuur, aangeblazen door een blaasbalg, wordt ijzer of ander metaal eerst flink verwarmd totdat het vervormbaar is. Dan wordt het op een aambeeld in de gewenste vorm geslagen en wordt er andere behandelingen mee uitgevoerd als lassen, splijten, wellen en doorboren. Dit geheel van handelingen met heet metaal noemt men het smeden van het metaal. Meestal moet het werkstuk herhaaldelijk opnieuw verwarmd worden om het vervormbaar/smeedbaar te houden en om de spanningen in het materiaal, ontstaan door het bewerken met de smidshamer, op te heffen. Nadat het voorwerp tenslotte de gewenste vorm heeft, wordt het afgekoeld in koud water. Als de smid kunstzinnig is, wordt het voorwerp vaak nog verfraaid door graveren, polijsten en/of versiering door inlegging met andere materialen of metalen.


  • Er zijn vele soorten van metaal bewerken. Van bussen tot wapens. Welke verdient Uw voorkeur?
  • Ik maak vooral hoeven voor paarden, zwaarden, uitrustingen.


  • Maar ik zie hier geen ruimte om paarden te beslaan!?
  • Dat doe ik in de stal achter het huis. De hoefstal of travalje is een stellage of een open stal die ik gebruik om paarden of ezels te beslaan. Het dier wordt in de hoefstal geplaatst, waarna ik aan de hoeven kan werken. Het gebruik van een hoefstal is niet noodzakelijk om een paard te kunnen beslaan trouwens.


  • Vonken schoten door de smederij en het zweet van uw razende reporter gutste langs zijn ranke lichaam. Even tijd om deze robuuste man zijn werk te laten doen en buiten de eerste de beste waterput op te zoeken om af te koelen. Daar stond de stoere vrouw van de Smidse. Zij hielp vaak mee met het aanbrengen van de hoefijzers. Gezien haar sterke voorkomen, kon ik me dat goed voorstellen. Armen als kabels en toen ze een hand gaf ter begroeting, verging ik van de pijn.

    Eenmaal terug in de smederij, bekeek Smidse zijn kunstwerk dat hij voor zijn vrouw aan het maken is.
  • Ik wilde een mooi sierstuk voor boven de voordeur aan haar geven waar ze eventueel wat planten in kan hangen.


  • Hoe heet wordt het vuur eigenlijk?

  • Dit heb ik van mijn vader & opa gehoord. Zij hoorden het weer uit overleveringen van hun vaders vader.
    Het smeltpunt van ijzer ligt bij 1650 graden, en dat is voor de mensheid heel lang onbereikbaar een hoge temperatuur geweest. In een houtskoolvuur kon men uit erts wel een sponsachtig ijzer krijgen. In klein Azië woonde 1500 jaar voor Christus een volk wat als eerste zo met ijzer kon omgaan: de Hethieten. Zij maakten ijzer van vrij goede kwaliteit, door met eindeloos geduld dit sponsachtige ijzer te gloeien en te hameren. IJzer was veel kostbaarder dan goud, en de koning had dan een troon van ijzer. Voor andere volkeren in die tijd stond de ijzermetallurgie nog in de kinderschoenen. Pas rond de jaartelling maakten de Romeinen op grotere schaal ijzer.


  • Dat is nogal een hitte !
  • Dat is het smeltpunt van ijzererts mijn waarde. Dus in de oven is het stukken heter. Zeker bij zwaarden is het de kunst van de smid. Daar komt ook het spreekwoord: “Het geheim van de smid vandaan. Iedere smid heeft/ had zijn eigen werkwijze voor het maken van een steekwapen. Heb je een slechte smid, dan buigt je zwaard in een gevecht. Een goed onderhouden zwaard gaat lang mee door het goed te oliën en te laten onderhouden. Levenslang gaat een zwaard echter niet mee.


  • Dus er is voorlopig genoeg werk voor U, heer Smidse.
  • Dat kunt U wel zeggen, heer woordkunstenaar. Maar ik moet verder met mijn werk als U dat niet erg vindt. Dit kado moet vanavond nog af zijn voor mijn geliefde, als U begrijpt wat ik bedoel. Hij knipoogde en pakte een nieuw stuk ijzer dat hij in het vuur legde.


  • Ik bedankte hem, groette nog even zijn vrouw en dook een nabijgelegen herberg in om mijn keel te verkoelen.








    <<< vorige Weekblad Archief volgende >>>