Editie 296 | Bladzijde 5 16. mrt 2014 AD
<<< vorige volgende >>>


Inhoud


16 03 2014,

- Bladzijde 1
Op de voorpagina vind je Het welkomswoord en de verjaardagskalender.

- Bladzijde 2
Op de tweede pagina vind je alles over de competitie.

- Bladzijde 3
Op de derde pagina vind je het raadsel van de week.

- Bladzijde 4
Op de vierde pagina vind je Diana's intervieuw met..

- Bladzijde 5
Op de vijfde pagina vind je Willie's pagina.

- Bladzijde 6
Op de zesde pagina vind je de tips over het registeren op het forum.

- Bladzijde 7
Op de zevende pagina vind je het dankwoord.


Willie's pagina

Lente

Heb je de laatste dagen naar buiten gekeken? Of ben je misschien zelfs hoogstpersoonlijk buiten geweest? Dan heb je ook dit prachtige weer meegemaakt. Je hebt misschien, net als ik op een terrasje gezeten met een pulleke bier en genoten van de natuur. Van de vogels die op de takken zitten en hun liedje fluiten, van het voorbijparaderend vrouwelijk schoon. Omdat het een zo uitdagend weer is, zie je dat die dames ook zeer uitdagend gekleed zijn. Jaja, er valt veel te bewonderen in de natuur !

Overweldigd van het vele vrouwelijk schoon, wat ik mocht aanschouwen ging ik naar huis. Maar eenmaal thuis aangekomen, leek het alsof ik plotseling een klap met de matteklopper kreeg. Ze begon meteen te schreeuwen in kommandotoon: “zet de meubels buiten, de karpetten eruit, de deurposten schilderen, de muren behangen met nieuwe kranten !” Ik herkende ze helemaal niet, mijn Eleonore, mijn anders zo liefelijke echtgenote. Ik begreep niet zo goed waarmee ze bezig was. Ze schreeuwde tegen mij, maar waarom? Voor dit soort dingen hebben we toch ons personeel.

De lente laat bij gehuwde vrouwen schijnbaar iets ontwaken, waar wij mannen geen weet van hebben, waar wij geen begrip voor kunnen opbrengen, waar wij ook niet goed mee kunnen omgaan. Hoe komt het toch, dat mannen denken aan de mooie dingen die juist nu in de natuur gebeuren, waar de hele natuur zich richt op toekomst, op voortplanting. Maar vrouwen denken in het voorjaar schijnbaar alleen maar aan de grote schoonmaak. Ik denk, dat ik maar snel een rustig plekje zoek en misschien later terug kom als de storm in Eleonores brein over is.

Daar zit ik dan, op een bankje aan de rand van een groene wei met een kabbelend beekje er door heen. Ik kijk de vogels na. Hoe ze vrij rondvliegen, elkaar achterna jagen alsof ze tikkertje spelen. Jaloers zou ik kunnen worden op ze. Ik wil ook zo kunnen vliegen, als een vogel vrij door de lucht. En in mijn gedachten heb ik al een lijstje klaar, welke mensen ik op hun kop wil gaan schijten.

Wil14 van de stad Lijnden







<<< vorige Weekblad Archief volgende >>>